Ik werkte enige tijd als sorteerder bij PostNL in een grote hal. Daar trof ik, naast tijdelijke krachten, postbodes aan die er al jaren werken. Stoere types met spierballen. Ze spreken de taal van de straat en hebben een ruwe huid. Sommige van mijn (inmiddels ex-) collega’s doen me in hun voorkomen, gedrag en achtergrond aan de familie van mijn vaders kant denken. Van hen maakte ik een portret. Ook wilde ik de verhalen over hun jeugd, de relatie met hun ouders en met de post vastgelegd hebben. Daarvoor ben ik een samenwerking aangegaan met journalist en postbezorger Ferry Wieringa. (Hard//hoofd)
Ruud: ‘Om me naar beneden te halen zei mijn vader vaak: “Jij zal altijd een arbeider blijven.” Hij was arbeider, maar afgekeurd.’
Wiljon: ‘Ziek-zijn was thuis geen woord. Je gaat gewoon werken. Bij ons thuis waren het allemaal harde werkers.’
Mustafa: ‘Ik heb alles aan de post te danken. Van mijn baan betaal ik de huur, gas en licht. Mijn vrouw kon erdoor overkomen uit Turkije. De post heeft me gemaakt tot wie ik ben.’
Bas: ‘Tot mijn 30ste heb ik thuis gewoond. Dat was lekker goedkoop en sparen ging makkelijk. Alles werd voor me gedaan.’
Ruud (100 x 70 cm), Wiljon (100 x 70 cm), Mustafa (100 x 70 cm), Dirk (100 x 70 cm), Alida (100 x 70 cm), Bas (100 x 70 cm), Jan (100 x 70 cm), Ruud (100 x 70 cm), Dirk (100 x 70 cm), Alida (100 x 70 cm), kleurpotlood op papier.